Onze laatste grote rit

We zijn in Christchurch, de rit was saai, dit stukje van Oamaru naar hier (350 km) is druk voor Nieuw Zeelandse begrippen, en met die regen niet prettig. Hier hebben ze geen zoap.

De regen was hard nodig, want het is hier echt droog, de eerste bosbranden zijn er al, gelukkig niet bij ons maar in Blenheim, 4 uur verder op. Na ons afscheid vanmorgen bij Glendendron farm, hebben we regen gehad tot net voor Christchurch, en hier scheen gewoon de zon. Dat de regen nodig is kun je onderweg goed zien, alle rivieren staan droog en de zomer moet nog beginnen.

Ondanks dat we nu in een stad zitten, hebben we met de hulp van de telefoon (google maps)weer in een keer ons B&B kunnen vinden. We zitten in een luxe wijk van Christchurch dicht bij een Universiteit ziekenhuis in de wijk Merivale, net buiten het centrum. Mooi huizen, zo nu en dan staat er nog een oud huis tussen, maar de meesten zijn helemaal nieuw gebouwd. Ook het huis waar wij nu in zijn. Eerst dacht ik; o jee, nu komen we bij koude kak, want dat zie je hier rijden en lopen, dure auto’s en chique dames.

En we hebben weer geluk, wel het Gooise matras, maar niet een Gooise vrouw, ook al speelt ze golf, en bridge, ze is kei gezellig, we zijn weer echt thuis, hebben al een lekker wijntje met ze gedronken, en ook de husband is een toffe peer.

Voor morgen hebben ze ons al wat leuke ideetjes gegeven om de laatste dag ook onvergetelijk te maken, we gaan s ’morgens naar het centrum, interessant i.v.m. de aardbeving van 5 jaar geleden, ze zijn de stad nu helemaal aan het herbouwen. En morgenmiddag rijden we naar Akaroa op het Peninsula hier bij Christchurch.

We hebben de koffers en rugzakken opnieuw ingepakt, en we hebben plek zat. Nog wat rommeltjes opgeruimd (in de kliko). Nu maar hopen dat ze niet te zwaar zijn, maar ik denk dat het mee valt, als ik Lineke morgen in de stad maar uit de winkels kan houden dan gaat het goed……….

Yes…..we hebben ze gezien

Wat een mooie plek hier op Glendendron, letterlijk vertaald de berg met de bomen. Na een heerlijk ontbijt zijn we met John, de eigenaar, zijn schapen en alpaca’s gaan bewonderen. Die beesten zijn best imposant, als ze zo op je afkomen stappen, even dacht ik, die geef ik geen voerbrokken uit mijn hand, die alpaca dacht denk ik ook zo iets, eenmaal dichter bij werd dat lopen een stuk minder imposant, keek hij of zij eerst even de kat uit de boom en toen heel voorzichtig begon ze te eten uit mijn hand. Een van de alpaca’s deed het nooit, en nummer drie kreeg er vaak geen kans voor, want die imposante vrat het voor zijn neus weg. Zowel de schapen als de alpaca’s zijn hier als een soort huisdier, voor de productie hebben ze deze beesten niet. Zelfs de wol gooien ze weg, anders moeten ze de beesten elk jaar scheren en nu doen ze dat maar eens in de twee jaar. John heeft ons ook nog een aantal bijzondere bomen laten zien in zijn tuin, hele mooie dennenbomen met knal blauwe dennen appels die niet hangen aan de boom, maar omhoog staan, heel apart. Als je zo’n kerstboom binnen zet, hoef je hem niet meer te versieren: zo mooi.

Op naar Oamaru, een stadje hier iets verderop, waar we echt even moesten gaan kijken volgens John en Anne, dus dan doen wij dat, we hebben immers de tijd aan ons zelf, maar om 17.00 uur wil ik achter de vuurtoren zijn om eventueel pinguïns te spotten, verder maakt het me niet uit, dacht ik.

Oamaru is inderdaad een mooi oud stadje, beetje toeristisch 2 bussen waren er van kiwi expres, met Japanners, Spanjaarden, en vast nog wel een andere nationaliteit, maar die twee vielen op. Dat is voor Japanners niet zo moeilijk, maar die Spanjaarden, die vielen door de mand met praten, wat een geratel, ik wist het niet, maar Lineke zei dat is Spaans, als ze Italiaans had gezegd had ik het ook geloofd….

We zijn natuurlijk weer een aantal winkeltjes in geweest, en hebben natuurlijk weer wat gekocht, dus die korte broeken ook nog maar hier laten, voorlopig toch niet nodig, en volgend jaar is er weer een ander kleurtje in de mode. Inmiddels zijn we ook al van onze voorraadkrat af, die hebben we gisteren bij Margaret gelaten, want koken doen we hier niet meer. Nu moeten we onze stoeltjes nog een goed adres geven, en dan kan alles gewoon mee naar Nederland.

De stad Oamaru was echt leuk om doorheen te slenteren, je wordt er wel moe van dus even lekker zitten aan de haven om te lunchen, was trouwens een leuk tentje, hadden ze mooi gedaan, van buiten zag dat er gaaf uit, helemaal van cortent staal, en dan toch een nautische look, door simpel en patrijspoort in de deur te plaatsen, en de houten vlonders om het pand. En dan op de kop van de haven, top locatie zullen we maar zeggen, bij ons zouden ze met de benen buiten hangen, maar ja hier hebben ze niet zo veel mensen.. en gelukkig kwamen die van die bussen hier niet.

Rond drie uur vanmiddag hebben we Oamaru gedag gezegd, en zij we een scenic route gaan rijden richting de vuurtoren, eerst nog op een andere spotplaats gaan kijken naar pinguïns, maar niets te zien. Toch is dit de tijd van het jaar dat ze af en aan sjouwen omdat ze zitten de broeden of zelfs al jongen hebben. Steeds gaat er dan een naar de zee vis vangen en komt dan weer terug naar het nest. Ze wisselen wel af, om de beurt gaan ze de zee in. Pinguïns maken hun nesten hoog in de duin rand, ze moeten best een aardige weg afleggen voordat ze bij hun nest zijn. Ze klimmen dus echt omhoog tegen de rotsen en duinen op. Op onze eerste spotplek hebben we niets gezien, dus hup richting vuurtoren.

Net over vieren waren we daar, we wisten van onze gastvrouw en heer, dat we geduld moesten hebben, maar ook dat je heel goed moet kijken, en niet zo ver van je vandaan zoeken, de meesten mensen lopen ze zo voorbij omdat ze ver voor zich uit zoeken. Eerst richting de rotsen waar ook de zeehonden zitten, kan best zijn dat er al jonge zeehondjes zijn, dan gaan we daarna richting de rots waar pinguïns spotten staat. En daar gingen we, al zoekend, kort voor ons uit kijkend, zegt Lineke in eens; lijkt net of ze hier al nesten hebben, en wijst een ronde plek aan net achter een grote groene struik. Zou best kunnen dacht ik, maar dan een van vorig seizoen, want het was nu onbewoond.

We liepen achter de vuurtoren, op een stuk rots met daar boven op een redelijk vlak stuk waar je goed uitkijkend voor konijnen holen redelijk kon lopen, de rechterkant was afgezet met gaas, zodat de pinguïns daar achter bleven. En wij liepen naast het gaas. En ineens, daar stond er een, een paar meter van ons vandaan, muisstil, hij hield ons wel in de gaten, dat zag je aan zijn ogen, maar hij bewoog niet. Pas toen we een stuk je door liepen en zo gingen staan dat hij ons niet meer zag, ging hij verder. Niet ver van de plek waar wij hem zagen was zijn nest, want hij ging daar een struik in.

Nou: wij blij, wij hebben hem op de foto YES. We lopen rustig verder, en ja weer een en nog een, wat een koddig gezicht is dat de pinguïns die tegen de berg op komen huppelen. Echt de moeite waard, om hier moeilijk lopend op de schuine rots helling, uitkijkend dat je de nek niet breekt in een konijnhol, en je pet vasthouden omdat hij anders afwaait. Omdat we gedacht hadden dat we ze pas rond vijf uur zouden gaan zien, want dan komen ze meestal aan land, hadden wij een biertje mee genomen omdat al wachtend op die pinguïns rustig op te drinken, dus moest dat nog even gebeuren, aan de andere kant van de rots konden we een beetje naar beneden, uit de wind zitten op de eerste rij van een prachtig uitzicht op de zeehonden, die daar weer lekker aan het spelen waren in het water, of lagen te loungen op de rotsen. We voelden ons even heel rijk, die plek daar uit de wind, in de zon, en dan dat uitzicht geweldig, wat een plek.

Aan alles komt een eind, biertje leeg, zere billen van de harde rots, en wetende dat we nog terug moeten lopen in die stevige wind, zijn we naar een kwartier genieten weer terug gelopen, want die andere spot plek moesten we nog bezoeken. Nog geen minuut later, lopen we zo weer een pinguïn voorbij, lag achter een struik, op zijn nest, voor ons een slecht verstop plekje, je zag hem zo liggen. Maar vanaf de zeekant lag ze uit de wind achter een struik. En hup de volgende ging net weer de rots af terug naar zee, en toen een op het strand kwam weer richting de rots en weer een half weg naar boven en een halfweg naar beneden. Wat een feest, zo’n mooi stukje natuur achter de vuurtoren. Toch nog maar even naar die spotplaats, aan de andere kant naar beneden staat een hut, van waar uit je op een stukje strand kijkt, op de weg er naar toe zagen wij nog twee pinguïns, waarschijnlijk bij hun nest, maar omdat daar vaak mensen langs lopen bleven die stokstijf staan.

In de hut was het druk, dus ik vroeg did you see some pinguïns yet, yes yes, we have seen one, but lots of seals. Zitten ze daar te wachten met grote foto toestellen en verrekijkers terwijl je om de hoek ze zo tegen het lijf loopt, nou we hebben ze verteld waar ze waren, maar ze bleven in dat hok zitten. Wij zijn tevreden, hebben gezien wat we graag wilden zien dus voldaan terug naar Glendendron…..

Out of the city

Vandaag hebben we afscheid genomen van Margaret, ze vond het jammer dat we gingen, zo gezellig had ze het gevonden dat wij haar gezelschap waren tijdens het ontbijt en het avond eten. En hoewel het er echt een zooitje was, vonden wij het eigenlijk ook wel gezellig.

We hebben vandaag niet zo veel kilometers af hoeven leggen om op onze volgende locatie te komen, maar wij zijn natuurlijk weer wat dingen gaan bekijken en hebben wat scenic roads gereden, en dat maakt het dan vanzelf weer een stuk langer.

Als eerste zijn we naar Orokonui ecosanctuary gereden, een vogel centrum, alle inheemse vogels moet je er kunnen vinden. Nou dat zal best, maar dan moet je erg veel geduld hebben en heel veel tijd, trek er maar een week voor uit zou ik zeggen, en dan ook s ‘avonds, want er zijn nog al wat nacht vogels hier. Wij hebben er 2 uur gewandeld: hebben best wel wat vogeltjes gezien, maar meer gehoord. Het was een prachtig stukje natuurgebied waar de wandeling plaats vond, en dat op zich was al erg leuk.

Rond de middag zijn we naar de Moeraki Boulders gaan kijken, een aparte verschijning op het strand van Moeraki, daar liggen wel zo’n 50 ronde kogels (daar lijken ze op) maar het zijn ronde stukken steen/rots, miljoenen jaren oud, waarschijnlijk ontstaan uit een zandkorrel en steeds groter geworden door, zeg het maar rond kolkend water, de golven, ik weet het niet. In de rotswanden die door de zee steeds verder afkalven zie je ze ook tevoorschijn komen, in de loop der miljoenen jaren hebben er nog al wat aardverschuivingen plaats gevonden, en dat gebeurt nu nog steeds. Wij hadden een beetje pech, het was hoog water dus wij hebben er geen 50 gezien.

Vandaar uit zijn we een mooi route gaan rijden langs de kust, om een strandje op te zoeken zodat we lekker konden genieten van het mooie weer op het strand, nou mooi weer was het, maar die wind maakt het op het strand onaangenaam, en uit de wind zagen we de zee niet meer, maar we konden hem wel goed horen. De uitzichten zijn hier overal prachtig, wat een ruimte wat een ruimte hebben ze hier toch, wat leven wij toch op een hoop. Hier op het zuidereiland leven 1 miljoen mensen, dat is niks op zo’n groot stuk grond.

Na dat we uitgewaaid waren zijn we op zoek gegaan naar ons volgende onderkomen, en ook deze keer voldeed onze simpele kaart met de uitleg uit de mail. En weer dacht ik waar komen we nu toch weer terecht, alleen niet vanwege de rommel maar vanwege het oneindige pad, in de middle of nowhere, een gravelweg die door het bos en dan weer door de wei gaat, staat er ook nog een bordje FOR SALE, en dan uiteindelijk boven op een berg staat een prachtig huis, met een nog prachtigere tuin er omheen, Glendendron farmstay, wouw… Dus ik zei tegen Lineke: als ze er maar zijn, staat te koop, maar we hadden gisteren nog mail contact, dus dat zit wel goed , en het zit goed. We hebben echt een uitzonderlijke plek hier, de eigenaren zijn wel aan de oude kant, dik over de 70 vandaar dat ze het nu willen verkopen, maar of dat nu zo een twee drie lukt, weet ik ook niet. 40 hectare grond waarvan zo’n 3 hectare tuin, er is ook een 9 holes golfbaan en de rest is bos en weide.

We hebben weer lekker gegeten, morgen gaan we nogmaals proberen om Pinguïns te spotten, zij weten een plekje in de buurt hier waar ze rond 5 uur aan land komen en dat zou mooi zijn!

Naar Otago Peninsula

De Pinguïn place en de rots van de albatrossen dat is waar we naar toe gingen vandaag, een rit langs de zeekant, letterlijk langs de kant. Het is misschien maar 50 km maar je doet er zo 1,5 uur over vanwege de smalle weg vol bochten, rakelings langs de zee.

Het is eb, dat maakt het wat minder spannend, maar als je van de weg raakt donder je wel 2 meter naar beneden, alleen niet in zee maar op de rotsachtige baai oever, en toch is het minder eng.

Lineke rijdt zoals gewoonlijk, en dat doet ze goed, geen moment met de billen bij elkaar gezeten, ik zat goed op mijn gemak.

Het water staat laag, dat maakt het mogelijk voor de schaaldier liefhebbers om ze zo te rapen, en dat deden ze ook. Later hoorden we van Margaret dat er heel veel schaaldier vissers zijn en dat er tonnen gevangen word per jaar in die baaien, veel ook voor de export. Wij hebben dat natuurlijk niet gezien, maar het schijnt dat ze mandjes onder het zand hebben zitten, waar de schelpen inkomen te zitten, ze trekken die mandjes als het ware onder het zand door. Zo gaan ze baai voor baai af, ze schuiven iedere dag een stuk op, ongeveer na een jaar zijn ze pas op dezelfde plaats als vandaag.

Als eerste kwamen we bij de pinguïn place, daar kun je boeken om met een gids naar de plaats te gaan waar de pinguïns zitten, maar….. overdag zijn ze op zee, of ze zitten op hun nest, verstopt, het is in deze tijd van het jaar moeilijk om ze te zien. Alleen bij zonsondergang dan komen ze de zee uit en gaan ze echt hun vleugels drogen op het strand of de rotsen en dat is natuurlijk een mooi gezicht. Je kunt het daar in dat centrum allemaal prachtig zien op een filmpje.

Omdat nu in het echt te gaan zien, moeten we dus vanavond terug komen, ze beginnen al met die tochten vanaf 3 uur, maar de kans dat je ze dan ziet is klein. Wij keken elkaar eens aan, en zeiden in koor, gaan we niet doen he, kijk wel naar dit filmpje, we moeten die weg langs de zee anders in het donker terug rijden, en we zijn dan zeker pas rond 22.00 uur terug bij Margaret, we hebben afgesproken om 18.00 uur eten.

Op naar de volgende attractie, de albatrossen. De weg kronkelt vrolijk verder, lichtelijk omhoog, met sommige stukken net wat meer percentage verschil, dus uiteindelijk ben je best een aardig eind gestegen. En daar staat weer een centrum, met allerlei informatie, filmpjes, best interessant. Ook hier kun je met een gids omhoog lopen om eventueel een albatros te zien. Nou eerst maar even koffie drinken zeiden we, en terwijl wij daar zo zaten, zagen we de albatrossen al vliegen om de rots.

Je moest wel goed kijken, er zitten ook heel veel meeuwen en sommige daarvan zijn ook behoorlijk groot. Ook bij dit centrum had je de mogelijkheid op pinguïns te zien, maar zelfde verhaal: die zijn nu op zee. Je kon kiezen om nog wat hoger de rots op te gaan, maar daar moet je dan voor betalen, en er was ook een wandelpad, naar beneden, naar de andere kant van de rots vanwaar je de albatrossen ook kunt zien. En dat laatste hebben we gedaan.

We hebben albatrossen gezien, die vlogen daar zo nu en dan rond, maar het leukste waren alle zeehonden, die daar zo heerlijk aan het spelen waren, we hebben er deze vakantie al veel gezien, maar zo dichtbij en zo vrij als deze waren ondanks al die camera’s, was echt gaaf. We hebben er zeker een uur naar zitten kijken, prachtig.

Je kon met de auto nog verder omhoog, daar zat ook nog een centrum, dit centrum was weer voor pinguïns, nou, wij nog hoger, staat daar een groep Japanners te kwaken: man, man wat een herrie maken die. Die gids die daarmee op pad moest zag je denken.

Ze moesten een camouflage jas aan, maar hij kreeg ze niet uitgelegd dat dat nodig was om te zorgen dat, als ze er al waren die pinguïns, ze niet door al die kleurtjes van hun kleding verjaagd zouden worden. Uiteindelijk deden ze die jas dan aan, maar de dames uit dat Japanse gezelschap hadden toen het idee om een mooi gekleurde wollen muts te kopen ( merino wol) en daar gingen ze dan, kwek, kwek veel te veel lawaai en de verkeerde kleuren, maar och, ze hadden betaald…..

Ook dat hebben we niet gedaan, wij hadden zo iets, als we ze zo niet zien, dan zien we ze maar niet. We rijden rustig terug en doen onderweg nog wel wat leuks, er was nog een tuin, Glenfelloch Garden, maar die was gesloten, waren alleen van donderdag tot zondag open, dus niet vandaag. Jammer, geen tuin dus. Toen zag ik in eens een bordje langs de weg staan Happy Hens, wat zou dat zijn, nieuwsgierig als wij zijn, hup de oprit op en kijken. Kijk leuk, een klein ateliertje waar een vrouw van rond de 70 schilderwerk aan het maken was op gipsen kippetjes, in allerlei kleurtjes waren ze dan ook te koop. Er stonden ook, ik denk ijzeren gieters en melkflessen, prachtig beschilderd, maar dat deed haar zoon, echt mooi gemaakt. Nou, zo’n kippetje past wel bij ons, tenslotte heet ons schuurtje kippenhok, en dat bordje heeft jaren aan de voortent gehangen van onze caravan, dus wij hebben een kip gekocht (kleintje) voor de caravan. En de rest hebben we gefotografeerd, wellicht een nieuwe hobby voor Lineke…….wie weet.

Het weer is vandaag zo mooi, toen we terug waren bij Margaret rond 16.00 uur, was het nog 28 graden. Dus… biertje mmmm… op het terrasje voor het huis (lekker burgerlijk) hebben we nog wel 2 uur zitten genieten. Ondertussen de was gedaan en die nog helemaal buiten kunnen drogen. Wij kunnen er weer tegenaan, alles weer schoon voor de laatste dagen.

Een dag je in en om Dunedin

Margaret heeft een goed bed, we hebben er heerlijk in geslapen tot de wekker afliep en dat wil wat zeggen, we hebben heel wat bedjes gehad waar we tig keer in wakker werden….

Over het ontbijt hadden we na gisteren natuurlijk geen twijfels meer, kan niet anders dan goed zijn, als Rob Geus maar niet komt. De tafel was weer keurig voor ons vrij gemaakt, althans dat puntje van de tafel, Lineke aan de kop, en ik met de tafelpoot tussen de benen op het hoekje naast haar, past precies. Keuze genoeg, eigen gemaakte yoghurt, verschillende soorten muesli en cornflakes, toast met allemaal verschillende soorten eigen gemaakte jam, en dan nog eieren met spek. Pffff….zeiden we, hebben geen lunch meer nodig, hier komen we wel op thuis vanavond.

We hebben niets gepland voor vandaag, dus we rijden eerst wat rond door de omgeving, ook hier is het mooi, we rijden door een vrij nieuwe wijk, met warempel bakstenen woningen, en dakpannen, daar zijn we niet helemaal zeker over, kunnen ook dakplaten zijn die net dakpannen lijken. Allemaal gebouwd op grote percelen, ziet er top uit. De weg brengt ons uiteindelijk op een toeristisch route naar Dunedin, we komen de stad binnen rijden via de hoofdweg, dus helemaal goed. Parkeren was ook geen probleem, goed en wel in de stad zien we al een parkeergarage. Om de parkeerplaats later terug te kunnen vinden maken we wat foto’s van de straatnaambordjes.

Dunedin is een mooie oude stad, de oudste stad van Nieuw Zeeland, was vroeger een rijke stad, ook vanwege het goud. Er staan hier veel oude mooie gebouwen, allemaal bewaard gebleven, want het werd niet de grootste stad, het breidde niet uit, waardoor er geen reden is geweest om die mooie gebouwen te slopen om ruimte te maken voor nieuwe gebouwen.

Het heeft een prachtig station, vroeger het drukst van Nieuw Zeeland, en nu is het een attractie. Oude treinen, prachtig opgeknapt, rijden hier op en neer met toeristen. Lange ritten van 7 uur, 4 uur of 90 min. Ook wij hebben een ritje gemaakt, met de spectacular Pacific coast train, maar 90 min is voor ons lang genoeg. Van Dunedin naar Waitati en terug naar Dunedin. Leuk langs de kust, de andere kant als waar we gisteren met de auto reden.

In de stationsrestauratie hebben we eerst koffie gedronken, en kennis gemaakt met een oud Hollands baasje, hij werkt daar in de bediening en kwam bij mij de koffie brengen, dus ik zeg o : am I being served, waar op hij vraagt; where are you coming from? I come from Holland. Waar in Holland, zei hij toen, ik kom van Eindhoven, long time ago. Hij was al 64 jaar in Nieuw Zeeland, ging om de 2 jaar voor 6 maanden naar Europa waarvan 1 maand naar Nederland op familie bezoek. Kan niet zeggen hoe oud hij was, maar rekenent naar wat hij vertelde, moet het 84 zijn. Kun je je toch niet voorstellen bij ons he, dat je dan nog werkt in de bediening. Er werken hier veel bejaarden trouwens, ook in de supermarkten valt ons dat op. Bij ons werken jonge kinderen van 15 tot 18 in de supermarkt, schappen te vullen en achter de kassa, en hier bejaarden.

De treinreis was leuk, trein vol met Japanners, wat Britten of Australiërs, en warempel een Duits koppel bij ons aan de tafel. Hebben wij weer, ik denk even mijn Japans op halen.. …

De meesten waren in Dunedin met het cruiseschip. Dat cruiseschip kan niet helemaal Dunedin binnen varen, maar ligt in de haven van Port Chalmers, wee hebben hem zien liggen. Op de terugweg kregen ze de mogelijkheid om daar uit te stappen, en dat deden er veel.

Eenmaal terug in Dunedin, zijn we even lekker op een terras je gaan zitten, we hadden prachtig weer, in de stad was het gewoon heet. Er stond wel weer een behoorlijke wind, maar de tempratuur was zo dat dat windje wel goed van pas kwam. Het was al tegen twee uur, en honger hadden we niet maar wel trek, dus hebben we ook maar wat gegeten, samen een portie, een nieuwe vorm van lijnen: overal de helft van eten… goed voor de lijn, goed voor de portemonnee.

Het is echt een leuke stad, eigenlijk heb ik niks met een stad, en al helemaal niks met winkelen, maar Lineke vindt dat zo nu en dan wel leuk, het is niet druk, je kunt gewoon vlot doorlopen, niet van dat geslenter, er is van alles te zien, zelfs ik had het prima naar de zin.

Nadat we nog eens 1,5 uur rond gelopen hadden wat winkels in en uit, voor Lineke een paar Trollbeads gekocht om Nieuw Zeeland niet te vergeten. Ja een paar, want ze draagt die van mij ook aan haar armband, dat is de deal, mijn spullen in haar handtas, en mijn Trollbeads aan haar armband. Dan hoef ik die tas niet mee te sjouwen en die armband niet om te doen, goeie deal. Zijn we naar de Botanic Gardens gereden. De auto hadden we zo gevonden, en die gardens eigenlijk ook, hier zijn niet zo veel wegen, in heel Dunedin zijn 3 hoofdwegen, je komt altijd goed uit. Soms kom je wel twee keer langs hetzelfde, dan ben je even verkeerd gereden.

De Garden was echt mooi, in Wellington zijn we er ook geweest, maar deze was veel mooier. We hebben ook daar nog wel ruim een uur rond gelopen voordat we terug zijn gegaan naar Margaret.

Van Te Anau naar Dunedin

Vandaag beginnen we aan onze laatste week, wat gaat de tijd toch snel. We verlaten ons motel in Te Anau nadat we eerst lekker hebben uitgeslapen, op ons gemak ontbeten hebben en ingepakt, uitchecken voor 10 uur, dus 10 uur zijn we pas vertrokken. Vanaf nu gaan we minder reizen, we blijven wat langer op de zelfde plaats en maken dan dagtochten, zonder dat we dingen boeken. Dus we hoeven niets: we kunnen de dag volgen, we go with the flow.

Waar je in de land ook rijdt van A naar B, het is altijd bijzonder, vandaag zijn we veelal door akkerbouw gereden, maar in dit land is niets vlak, dus ook dit landschap is geweldig.

Wat me vandaag het meest is opgevallen zijn al die grote pollen riet achtig gras, hoe beschrijf je nou zo iets, bij ons zie je het ook wel eens maar dan meer in een veen gebied. Het is goud geel gekleurd, gemengd met de kleur van rood goud, maar net hoe de wind waait. De wind speelt er de hele dag mee, althans vandaag, het was nog al winderig. Die pollen gras ( zo noem ik het nu maar) dansen in de berm, maar soms zie je hele heuvels er mee vol staan, en geloof me, dat is een prachtig gezicht hoe de wind de kuiven van die gras pollen heen en weer laat wuiven. Ik heb geprobeerd dit op de foto te zetten, ben benieuwd of dat plaatje weergeeft wat ik zag.

We zijn door een aantal plaatsen gereden, de high way 1 loopt daar dan gewoon door heen, in plaats van 100 even 50 rijden. Wat zo grappig is: er staat dan bv. Balfour met een huge bord in de wei, maar verder zie je niets, geen huizen, geen zijstraten alleen maar land, en die pollen. En dan ineens staan er een aantal brievenbussen aan de weg, maar verder niets, ja een pad het land in. Uiteindelijk staan er dan toch wat huizen bij elkaar 15 tot 20 en een kerk, en dat was Balfour. De kerken zijn hier klein, zien er gezellig uit, en blijkbaar is het er ook gezellig, want er stonden zeker 15 tot 20 auto’s, dus iedereen was er. De grootste plaats van doorkomst was Gore, maar op zondag is er weinig te doen, dus we zijn er gewoon door gereden.

Geluncht hebben we aan een meer, meer Waihola, voor ons een apart meer, tenminste hier, het was bruin van kleur, met al die knalblauwe meren vreemd toch.

Dus wij aan het beredeneren, waarom is dit nu bruin water; Hier zijn geen echte bergen, meer glooiend landschap, nee zei de ander, ik zie verderweg nog sneeuw op de bergen liggen, dat komt allemaal naar beneden, het blijft vreemd. Er stond ook nergens iets over beschreven, wel over wat wel en niet mocht. Daar zwemmen, daar motorboten en daar kite surfen, en dat deden ze er tijdens onze lunch. Gaaf om te zien, zou het zo willen proberen, als ik jonger was wist ik het wel.

Onze reis van vandaag verliep zeer vlot, de eigenaresse van ons motel zei dat we er 4 uur over zouden doen om die 290km naar Dunedin af te leggen, we waren er om 13.45 uur, inclusief lunch stop en even wat boodschappen doen, dat is exact 4 uur. Tijd over dus, want hier bij Margaret, waar we nu zijn (heel apart) zouden we rond 16.00 uur pas komen, zodat ze niet heel de zondag op ons zou hoeven wachten. We hadden het weer onmiddellijk gevonden, makkelijk de doorgaande weg naar Dunedin, dat is waar haar B&B zich aan bevindt. Nou, zeiden we tegen elkaar, dan gaan we toch vast in Dunedin kijken.

Dunedin werd the garden at Larnach Castle, Lineke zag het ineens staan en had gelezen dat er in Nieuw Zeeland maar een Castle is en dat is hier. Pracht plek, je ziet alleen nergens dat Castle tot je er bent. Onder als je langs de zee rijdt, (rakelings langs de zee) zie je niets, ook niet als je omhoog rijdt en de borden volgt, je denkt op een gegeven moment: ze houden me voor de gek, zelfs als je door de poort rijdt en betaald hebt voor bezichtiging zie je nog steeds niks, alleen een tuinpad. En dan ineens boem! daar staat het met een prachtige tuin er om heen. Wie van tuinen houdt, en dat doen wij geniet hier met volle teug. De weg die we gereden hebben moeten we ook weer terug, niet zo eng deze keer, want nu zaten we aan de rotskant, voelt beter dan de zeekant, tenminste voor mij als bijrijder. Voor diegene die hier wel eens waren: het is de weg naar Otago Peninsula, waarschijnlijk rijden we hem morgen weer maar dan echt tot het einde om naar albatrossen te gaan kijken en als we geluk hebben pinguïns.

Margaret: Om 17.00 uur arriveerden wij in onze volgende B&B bij Margaret. Toen we de auto parkeerden, op een stukje beton zo scheef als wat, rakelings langs de weg en omhoog keken, dacht ik echt, o shit wat een zooitje. Ik zei dus ook; wat heb je nu toch geboekt. Lineke heel nuchter, ze had goede referentie op B&B.eu. En die weg dan, zei ik weer, we zullen wel aan de achterkant liggen dan, zei Lineke. Ik vond het maar niks. Beetje alla Marijke ( die me kennen weet dan hoe) sjok ik achter Lineke aan naar binnen, ook een zooitje, de deur stond open, het rook er naar aangebrand eten, en er stond iemand aan het fornuis, zag er uit alsof ze zo van het land kwam. Wij naar binnen, en pas toen we hallo zeiden had Margaret door dat we er waren. De bel en ons gestommel had ze dus niet mee gekregen.

Wat een aardig mens, ze ziet er niet uit, Joggingbroek, aan alle kanten de handen er aan afgeveegd, (ze had taart gebakken dus meel) valt lekker op aan zo’n zwarte joggingbroek. Een te groot flodder T-shirt ook vol meel, veegt nogmaals haar handen af en geeft met een big smile ons de hand. Heerlijk ongecompliceerd, zet ons aan de keuken tafel ( net een puntje op vrij) en geeft ons wat te drinken terwijl we kennis maken.

Ze is niet getrouwd, (snap ik) ze woont er alleen ( snap ik ook) maar ze is wel heel aardig. Ze laat ons onze kamer zien, gelukkig het enige deel in het huis wat er keurig uit ziet, goed bed, weet ik morgen natuurlijk pas zeker, maar ziet er goed uit. Een inloop kast, wouw. Een mooie badkamer, perfect. We zijn hier drie nachten, ze heeft buiten een tuin die is helemaal groenten tuin, dus ze kwam inderdaad van het land… ze kookt ook voor ons, ze zal niet door de keuring van Rob Geus komen, maar het was wel erg lekker….!

Tijdens ons diner (op dat zelfde puntje van de tafel) serveert ze een 3 gangen menu: 2 soorten soep home made, met groenten uit eigen tuin, 2 soorten vlees, meatloaf en kip uit de oven, verschillende soorten groenten, peultjes, groene asperges, broccoli, tuinbonen uit eigen tuin, en worteltjes gekocht, want het is nog te vroeg voor eigen worteltjes en nieuwe aardappeltjes, uit eigen tuin. Hebben we verder kennis gemaakt met Margaret.

Ze is met soort van pre pensioen, maar is altijd kleuterjuf geweest, en soms valt ze nog in. Ze vertelt heel openhartig dat ze best een beetje zenuwachtig is, en dat ze niet echt vaak gasten heeft, omdat ze dan de boel altijd zo moet opruimen.(kun je nagaan hoe het er anders uit ziet). Ze woont hier 8 jaar heeft dit huis toen gekocht, huis is 100 jaar oud. Echt zo’n Nieuw Zeelands huis, ik heb het al eens beschreven, golfplatenhuis.

De kamer van ons is nieuw gemaakt toen ze met de B&B is begonnen. Ze weet van alles te vertellen over deze streek en wat we kunnen gaan doen de komende dagen. Ze is heel gastvrij, we mogen van alles doen als we dat willen, thee of koffie maken, rustig een biertje of wijntje pakken, You must feel like home, dat is wat ze zei, en dat is wat we dan ook maar doen, op ons kamertje.

Het is hier best goed toeven, de komende twee dagen!!

Doubtful Sound

Heerlijk geslapen, niks stress, ik vond het natuurlijk weer hartstikke spannend, maar was moe genoeg om snel in slaap te vallen, en werd wakker van de wekker om 6.00 uur.

Bij Lineke was het anders, nu heeft het schoolreisje gevoel haar doen wakker liggen vanaf 4 uur, valt ze tegen 6 uur weer in slaap en dan is het moeilijk wakker worden om 6.00 uur, maar het is allemaal goed gekomen. Wij stonden om 7 uur klaar, het busje kon komen.

De tocht naar Manapouri verliep snel, 20 min. rijden en je bent bij het Lake, dan ben je nog lang niet bij de Doubtful Sound. Lake Manapouri moeten we eerst over varen, duurt 45 min. en dan moeten we nog eens 45 min. met de bus dwars over een pas door een soort regenwoud, een onverharde weg…(klei pad met stenen) soms best spannend, stijl en slecht wegdek maken het niet altijd even relaxt, en al helemaal niet als je afhankelijk bent van de buschauffeur. Al moet ik zeggen, dat die van vanochtend keurig over dat pad heeft gereden. De chauffeur van de terugweg deed ons wel eens bijna tegelijk zeggen; oei: nu gaat ze wel een beetje erg hard. (Ze) het was een vrouw!

Regenwoud, zo noemen ze dat hier, omdat het 2 van de 3 dagen regent. En dat doet het ook in de Doubtful Sound. Wij hadden geluk, het regende volop….. Gelukkig maar dat het hier veel regent, anders kon het er nooit zo mooi zijn. Als de zon het dan even wint van de regen zie je onmiddellijk het verse groen van het voorjaar, en dat met de tal van watervallen die er nu het regende natuurlijk volop zijn is een prachtig gezicht.

Vele foto’s die ik vandaag geschoten heb, zijn fifty shades of grey… geweldig. Sommige er van zijn spookachtig, en dat was het zo nu en dan ook. Op de plaatsen waar de wolken echt laag hingen, en er van tijd tot tijd in eens een huge berg in op stak gaf dat een spookachtig beeld.

De heenweg ging regelrecht naar de Tasman zee, in de hoop daar wat Pinguïns te kunnen spotten. Nou die we hebben we genoeg kunnen zien, maar ik moet jullie teleurstellen, ze zijn niet of nauwelijks te fotograferen, ze zijn veel te verlegen, en bang van de boot. Ze denken dat ze op gejaagd worden door een of andere roofvis die ze wil verschansen, sneu he.

De zee was erg wild, je kon gelijk zien wie er zee benen hadden en wie niet, we hadden veel dronken lappen aanboort zullen we maar zeggen, gelukkig plek zat om te gaan zitten en dan viel het wel weer mee. De boot keerde onmiddellijk om het eerste eiland terug het fjord in, uit de wind, en uit de golven, maar in de regen.

Lineke is niet buiten geweest, had het veel te koud, gelukkig zat ze op een prima plek vanwaar ze alles goed gezien heeft, soms zelfs meer dan ik. Op een gegeven moment gingen we langzaam varen want de schipper zag op links, op 9 uur, zou noem je dat dan, 5 a 6 herten lopen, hij zei er nog bij: naast dat grote rotsblok die daar ligt en dan iets omhoog kijken…. Nou, ik heb het hele stuk afgezocht met verrekijker, met camera: niets. Teleurgesteld weer naar binnen, zegt Lineke: ik heb er 7 gezien, en jij?

In de luwte van de bergen zijn we ook even helemaal stil gaan liggen, de motoren uit, zelf de generator uit, en dan, dan hoor je de sound….. Het water klotsen tegen de rotswanden, de watervallen naar beneden kletteren, de wind door de bomen, new age muziek zou je er zo op kunnen nemen….

De kleur van het water viel me tegen, nadat ik hier al dat prachtige emerald blauwe water gezien heb, had ik me dat ook voorgesteld in de fjorden, maar niet is minder waar, het water hier donker van kleur, zeg maar een thee kleur, en dat valt tegen als je emerald verwacht.

Het komt omdat de fjorden zo smal zijn, en daardoor weinig licht vangen, de bergen dicht begroeit zijn met mos, varens, struiken, bomen, en die verliezen niet alleen hun blad, het water stroomt daar ook langs naar beneden. En dat maakt de bovenste laag water zo donker, ook al is het hier 400 meter diep. Het voordeel daarvan is dat de onderwaterfauna er weer prachtig uitziet, want vissen die normaal heel diep zitten worden nu gefopt. Door deze donkere bovenlaag is het veel eerder donker in het water, al wel op 40 meter is het zwart, het licht komt er bijna niet door. Dus vissen die normaal in hele dieptes leven zwemmen nu veel meer aan de oppervlakte. Jammer dat we daar niets van hebben kunnen zien, ja op een filmpje, kan thuis ook.

Ondanks de regen en weinig zonnestralen en de teleurstelling van de water kleur, was het toch een belevenis, het was prachtig, maar zeker niet het mooiste wat we tot nu toe gezien hebben.

Deze keer hebben we het met een grote boot gedaan, tijdgebrek, je moet dan eigenlijk overnachten in de fjorden ‘s, maar volgens ons is het met een kano veel mooier, je kunt dan wel niet zo ver de fjorden ’s in, maar wat je ziet en hoort is dan veel indrukwekkender. En het lijkt allemaal op elkaar, dus je hoeft niet zo ver. Bovendien hebben we geen spierpijn van ons vorig kajak avontuur, dus dat doen we nog een keer!!

Naar Te Anau,

Het weer viel een beetje tegen vandaag, vanochtend regen, gelukkig bij het inpakken van de auto even niet, (want met al die tassen en de koffer naar de auto sjouwen zou ik kletsnat zijn geworden) en warempel: de zon scheen toen we aan de tocht van 245km begonnen.

Nu lijkt dat niet veel, maar hier met al die passen is het een heel eind. In de auto was het prima, wel veel wind en die voel je wel in zo’n Mitsubishi Colt, hij rijdt prima, maar het waaide vandaag zo hard dat de strippen op de voorruit er los van gingen zitten, drie keer moeten stoppen om die weer vast te zetten, Lineke was bang dat de vooruit er anders uit zo waaien, ik niet, ik dacht alleen dadelijk waaien die strippen er echt af….!

De stad Queenstown lag vandaag aan onze route, we zijn er geweest, maar voor ons te druk, gewoon een stad, leuk als je steden trips doet, maar dat doen we niet.

Wij zijn wel uit de auto geweest in Arrowtown, een historisch goudmijn stadje vol met oude gebouwen, zoals een postkantoor, een oude goudsmit, erg leuk om door heen te lopen. We hebben er heerlijk koffie gedronken met worteltjes taart, ''vies he'' maar het was wel lekker!!

Net zo als al die andere reisdagen hebben we vandaag weer volop genoten van prachtige uitzichten geweldige meren allemaal verschillende landschappen, wat is het toch een fantastisch land. Voor al diegene die nog eens een grote reis willen maken, raad ik Nieuw Zeeland aan.

Er wordt hier momenteel het meest verdiend aan toerisme, meer als aan de landbouwsector, wat vroeger de main business van Nieuw Zeeland was. Van al de auto’s, ook al zijn dat er niet veel die wij onderweg tegen komen is 75% een camper of een huurauto. In een stad of dorp is dat minder, daar rijden de locals ook, maar on the road wint de toerist zeker.

We hebben ook hier in Te Anau ons verblijf weer eenvoudig kunnen vinden, een simpele kaart brengt ons overal waar we zijn moeten, een TomTom heb je hier niet nodig. Ook dit Motel voldoet weer aan de verwachtingen, een zit slaapkamer, een keuken en een badkamer, prima.

Ze hebben hier voor ons geboekt voor morgen, we worden om 7.00 uur voor de deur opgehaald en gaan naar de Doubtful Sounds, en we zijn om 16.00 uur weer terug, een lange dag dus.

We rijden met de bus naar Manapouri, dan gaan we met een cruiseboot het meer over naar West Arm, dan stappen we weer over op een bus, die brengt ons over de Wilmot Pass door een rainforest. Dan krijgen we een drie uur durende tocht met een catamaran motercruiser over de Doubtful Sound, en hetzelfde weer terug. Ik ben weer helemaal gespannen alsof ik op schoolreis ga, als ik maar kan slapen straks. Ik hoop dat ik morgen weer een beleving op papier kan zetten……..spannend!!!